Nieuwsbrief september 2024

Facebook
Twitter
LinkedIn

Vastgoedjournaal congres

Op woensdag 25 september bezochten Ger van der Pluijm en Jan van den Berg het Vastgoedjournaalcongres: Hoe kunnen woningcorporaties, gemeenten en marktpartijen meer woningen bouwen” 

Na een inleiding door Martin van Rijn, voorzitter van Aedes, die een lans brak voor samenwerking door de verschillende marktpartijen werden er 3 thema’s verder uitgewerkt.

Wist u dat: effect Wet betaalbare huur

De op 1 juli 2024 ingevoerde Wet betaalbare huur (Wbh) introduceerde een nieuw gereguleerd segment voor zelfstandige woonruimte: het middensegment. 

Midden huur woningen (voorheen vrije sector woningen) vallen nu onder het WWS systeem (woning waardering systeem) als zij maximaal 187 punten scoren. De daarbij behorende maximale huurprijs op dit moment is € 1.157,95. Verhuurders zijn uiteraard niet blij met deze begrenzing en zoeken nu naar allerlei trucks om boven die waarde van 187 punten uit te komen.

Corporaties gaan de te hoge huren volgens het nieuw woningwaarderingsstelsel niet aanpassen

Woningcorporaties in de Metropoolregio Amsterdam negeren de oproep van de Woonbond om huurders met een woning in het middensegment in aanmerking te laten komen voor een huurverlaging. Volgens de wet zijn zij pas bij nieuwe huurcontracten verplicht een huuraanpassing door te voeren. Dit betekent dat zittende huurders geen huurverlaging krijgen, ondanks de veranderingen in het woningwaarderingsstelsel (WWS).

Kan een eurocommissaris iets betekenen voor de wooncrisis?

De Europese Commissie heeft aangekondigd dat er een speciale Eurocommissaris voor Wonen komt. Deze aankondiging is een belangrijk signaal dat Europa de wooncrisis serieus neemt. Maar wat betekent dit precies voor de Nederlandse woningmarkt? Robin van Leijen, bij Aedes verantwoordelijk voor belangenbehartiging bij de EU heeft er een mening over.

Veranderingen in staatssteunregels

De belangrijkste toezegging van Ursula von der Leyen, voorzitter van de Europese Commissie, is dat de regels voor staatssteun herzien zullen worden. Dit kan betekenen dat er meer ruimte komt voor de bouw van middenhuurwoningen. Daarnaast heeft Von der Leyen aangekondigd te werken aan meer investeringen in wonen, zowel via een nieuw investeringsplatform als via Europese fondsen.

Belang van verruiming staatssteunregels

De verruiming van de staatssteunregels is cruciaal voor de Nederlandse woningmarkt. Onder de huidige marktomstandigheden kunnen woningcorporaties slechts 26.000 woningen bouwen, terwijl ze met dezelfde middelen maar liefst 67.000 woningen kunnen bouwen als er sprake is van WSW-borging. Deze borging betekent dat corporaties tegen een lagere rente leningen kunnen afsluiten.

Europese investeringsplatform en fondsen

Naast de herziening van de staatssteunregels, zijn de plannen van Von der Leyen ook gericht op het opzetten van een Europees investeringsplatform en het beschikbaar stellen van meer Europese fondsen voor woningverduurzaming. Hoewel de technische uitwerking van deze plannen nog niet bekend is, kan de beschikbaarheid van extra fondsen helpen om het beleid voor verduurzaming kracht bij te zetten.

Mogelijke veranderingen in de toekomst

Hoewel er al belangrijke stappen zijn gezet, zijn er nog steeds onzekerheden over de toekomst. Zo is het nog onduidelijk of woningcorporaties in de toekomst moeten voldoen aan Europese aanbestedingsregels. Daarnaast is het nog onzeker of er strengere regels komen voor de verkoop van corporatiewoningen. Het is belangrijk om de ontwikkelingen in de komende jaren nauwlettend in de gaten te houden.

De afgelopen jaren is er een groeiende consensus ontstaan onder politici over de negatieve impact van speculatieve grondhandel op de woningmarkt

De toenemende polarisatie in de samenleving is een veelbesproken onderwerp. Echter, als het gaat om grondpolitiek, lijkt er een verrassende consensus te zijn onder politici. Het idee dat individuen grote winsten maken zodra land een woonbestemming krijgt, terwijl de maatschappij de kosten draagt, wordt steeds meer als onwenselijk gezien.

Het taboe op grondpolitiek lijkt te verdwijnen. Sinds 1977 was er een taboe op het bespreken van grondprijzen in Den Haag. Dit kwam nadat het kabinet-Den Uyl viel over de prijsbepaling van grond voor woningbouw. Linkse partijen wilden toen een prijs gebaseerd op de gebruikswaarde voor landbouw, wat aanzienlijk lager was dan de marktwaarde voor bebouwing die de conventionele partijen voorstelden. Echter, recente politieke akkoorden laten zien dat dit taboe aan het verdwijnen is. Er worden voorstellen gedaan om de winst na een bestemmingswijziging af te romen via een planbatenheffing. Ook wordt er overwogen om een heffing op onbebouwde grond in te voeren om speculatie tegen te gaan.

Hoewel deze maatregelen een stap in de goede richting lijken, is het woningprobleem te complex om alleen met grondpolitiek op te lossen. Er zijn ingrepen nodig aan zowel de vraag- als aanbodzijde van de woningmarkt. Wat deze maatregelen wel doen, is het verminderen van grondspeculatie en het aanpakken van de informatieasymmetrie die hierbij vaak ontstaat. Dit maakt oneerlijke handelspraktijken moeilijker.

Een recent voorbeeld laat de negatieve gevolgen van grondspeculatie zien. Deze zomer werd een grondhandelsbedrijf door de rechter veroordeeld voor misleiding. Het bedrijf verkocht een stuk landbouwgrond bij Amsterdam voor €100 per vierkante meter, met de onjuiste opmerking dat er snel een bestemmingswijziging zou plaatsvinden. Zonder deze wijziging is de grond helaas niet meer dan €10 per vierkante meter waard. Dit soort praktijken benadeelt de koper, maar ook de maatschappij als geheel.  

De recente verandering in het grondbeleid laat zien dat politieke verschillen overbrugd kunnen worden. Dit geeft hoop voor andere woningmarktvraagstukken die al jaren in de vergetelheid zijn geraakt, zoals het verder beperken van de hypotheekrenteaftrek. Uiteindelijk blijkt de ratio vaak te overwinnen, ook al kan dit decennialang duren.

Bron: FD

Geef een reactie

Wachtwoord Instellen