Amsterdam 26 mei 2025,

Geachte redactie van Buitenhof,

Met verbijstering en verontwaardiging heb ik gekeken naar uw recente uitzending van zondag 25 mei waarin onder andere de directeur van woningcorporatie Ymere uitgebreid de gelegenheid kreeg om zijn bezwaren tegen de voorgestelde huurbevriezing te uiten. Wat mij daarbij met name stoorde is dat hij dit kon doen zonder dat hem écht kritisch weerwoord werd geboden – zeker niet in de mate die ik normaal van Buitenhof gewend ben.

En waarom was er bijvoorbeeld géén vertegenwoordiger van de huurders aanwezig, zoals iemand van de Woonbond of een huurdersorganisatie? Waarom kreeg de directeur de ruimte om zijn zorgen te uiten zonder dat iemand hem confronteerde met het feit dat huurders al jarenlang de lasten dragen van investeringen zoals voor nieuwbouw en verduurzaming? Waarom werd hij niet bevraagd op de vanzelfsprekendheid waarmee kosten voor nieuwbouw en verduurzaming worden afgewenteld op huurders, die al jaren kampen met stijgende lasten?
Waarom werd de directeur niet bevraagd op het feit dat tijdens de recente ‘woontop’ uitsluitend vertegenwoordigers van de verhuurderskant aanwezig waren – waaronder lobbyorganisaties – en geen enkele vertegenwoordiger van huurders, zoals de Woonbond of onafhankelijke huurdersorganisaties? Ook dát was een cruciale vraag geweest die gesteld had moeten worden. Waarom werd er in de uitzending geen enkele poging gedaan om dat scheve krachtenveld kritisch te belichten?

Nu leek het alsof Buitenhof zich, bewust of onbewust, schaarde achter het perspectief van de verhuurders. Dat vind ik een ernstige misser. Waarom stelde Buitenhof het betaalbaarheidsonderzoek van het Nibud niet aan de orde? Waarom werd niet gevraagd of het niet veeleer zou moeten gaan om het wel of niet aanvaardbaar zijn van de hoge huurprijzen die gevraagd worden, zeker voor mensen met een laag of modaal inkomen?

Betaalbaarheid is immers niet puur een rekensom, maar een kwestie van bestaanszekerheid, rechtvaardigheid en maatschappelijke keuzes. Overigens blijven huurders in de commerciële sector in de politieke discussies structureel onderbelicht. De huren in de geliberaliseerde markt zijn vaak buitenproportioneel hoog, met weinig bescherming tegen misstanden of achterstallig onderhoud. De koppeling van de WOZ-waarde aan het woningwaarderingsstelsel heeft geleid tot het verdwijnen van de maximale huurprijzen in gereguleerde huursector. Ook en juist dit soort structurele problemen verdient publieke aandacht – en dus ook in uw programma.

In dit verband verdient ook het beleid van de minister meer aandacht. Dat een bewindspersoon geen helder beeld heeft van het aantal gereguleerde huurders binnen de particuliere sector en geen zichtbare stappen onderneemt om deze vergeten groep alsnog in kaart te brengen of te beschermen en die bovendien primair oog lijkt te hebben voor het eigendomsrecht van verhuurders, in plaats van het bestaansrecht van huurders, is op z’n
minst zorgelijk. Juist dit soort signalen zouden door een programma als Buitenhof kritisch onder de loep genomen moeten worden.

Gelukkig bestaat er inmiddels een organisatie die zich specifiek inzet voor deze groep: de Federatie Huurders Commerciële Sector (FHCS). Deze federatie streeft naar huurprijsregulering, betere rechtsbescherming en het versterken van woonzekerheid. Het lijkt mij dan ook waardevol als u in een toekomstige uitzending ruimte maakt voor een vertegenwoordiger van deze organisatie – ik vermoed dat zij graag aan tafel schuiven om het debat te verbreden.

Ik hoop dat u deze brief wilt zien als een oproep tot meer evenwicht en journalistieke diepgang in het debat over de wooncrisis. Er staan veel mensen op het spel voor wie huren allang niet meer leefbaar of houdbaar is. Ik roep u op om alsnog een uitzending te wijden aan het perspectief van huurders – inclusief de Woonbond of andere vertegenwoordigers zoals de genoemde Federatie – om de balans te herstellen en recht te doen aan de maatschappelijke realiteit.

Met vriendelijke groet,
Douwe Zeilmaker, Amsterdam